27 januari 2007

Bridge of Rama

Bridge of Rama, Ashok K. Banker. (2005, Orbit, 448 blz)

Alweer het vijfde boek van de magistrale hervertelling van de Rayamana. In het vorige deel werd Sita, de geliefde van Rama, door demonenheer Ravana met de vliegende godenwagen Pushpak ontvoerd naar het eilandenrijk Lanka. Nu moet Rama, nog steeds in ballingschap, vanaf de Indiase kust de oceaan zien te overbruggen met hulp van apenmens Hanuman en berenkoning Jambuvan. Beide hebben een immens leger verzameld voor de invasie van Lanka, maar hoe krijg je die vanar- en beersoldaten de oceaan over? Een brug bouwen lijkt de enige oplossing. Een brug die na NASA-satellietfoto's ook werkelijk bleek te bestaan, liggend tussen India en Sri Lanka, hoewel hindoeïsten en archeologen nog kibbelen over de vraag of die in de oudheid door Rama is aangelegd of niet. Het blijft leuk: speculeren over de historische waarde van een mythologisch verhaal.
Eigenlijk speelt de brug een ondergeschikte rol in Bridge of Rama, want het boek blinkt vooral uit in de beschrijving van alle machinaties van Ravana. Niet alleen bedoeld om Sita mentaal te breken, maar ook om Rama af te schilderen als een kwade genius die de dharma (heilige plicht) misbruikt voor een genocide op de Rakshasa's. Banker roert daarmee de oude moraal aan dat oorlogen geen helden of vijanden kennen, alleen slachtoffers. Er wordt wederom verwezen naar het wegvagen van de horden Rakshasa's in Siege of Mithila middels het devawapen dat Rama werd geschonken, en ik moet toegeven dat de toepassing van het wapen in Siege mij onbewust deed denken aan de atoombom op Hiroshima en Nagasaki. Is Rama nu opeens de schurk in dit mythologisch verhaal of is het Ravana? Of geen van beiden? Je gaat in dit boek sterk twijfelen na de listige spindoctorij van de demonenheer.
In dit deel is ook een hoofdrol weggelegd voor Hanuman die zich waagt aan een missie om Sita te bevrijden. Banker toont zich een geniaal filmisch schrijver bij Hanumans beproevingen in de witte toren van Ravana. Al is het afsluitende bloedbad misschien te veel van het goede voor de lezers met een zwakke maag. In dergelijke passages steekt toch Banker de SF- en horrorfan de kop op. Daarnaast blijft het een groot genot om te lezen hoe Supanakha, de Mata Hari onder de rakshasa's, haar hedonistische kunsten in de strijd werpt.
Nog één boek te gaan en dan is dit mythologisch feest ten einde, maar gelukkig verschijnt dit jaar het eerste deel van Bankers SF-reeks The Ganesa Sequence. Ik kan haast niet wachten.

Geen opmerkingen: