30 augustus 2006

Miauw!

Ik ben alweer een tijdje lid van de Partij voor de Dieren en vandaag zag ik op Marianne's weblog de eerste raamposter voor de verkiezingscampagne.

27 augustus 2006

Armies of Hanuman

Ashok K. Bankers meesterlijke hervertelling van de Ramayana in hedendaags proza bereikt in dit vierde boekdeel een voorlopig hoogtepunt wat mij betreft. Dit deel in de zesdelige reeks is iets compacter dan de voorgangers. Dat komt het tempo ten goede zodat alles nóg meeslepender wordt, terwijl Banker oog blijft houden voor de detaillering in zijn levensechte beschrijvingen die je het gevoel geven alsof je als onzichtbare aanwezigheid Rama, Sita en Lakshman op de voet volgt.
Dit belangrijke deel bevat ook de beroemde ontvoering van Sita door Ravana, demonenheer van Lanka, en het moet gezegd: die wordt op adembenemende wijze aan het papier toevertrouwd. Uiteraard wordt in dit deel ook Hanuman geïntroduceerd. De vanar (een aapmens) bespiedt Rama tijdens diens strijd tegen de bloeddorstige rakshasa's (demonen) en raakt ervan overtuigd dat hij de krijger is die de gestolen troon van vanarkoning Sugreeva kan heroveren op diens tirannieke broer. Rama's strijd tegen de rakshasa's levert aan het begin overigens een bloedstollende en wonderbaarlijke 100 blz tellende veldslag op. Alsof je met open mond naar een spektakelfilm zit te kijken.
Het is duidelijk dat Ashok Banker houdt van de mythische figuren uit de Ramayana die hij hier liefdevol en respectvol tot leven wekt, zij het zeker niet zwart-wit want alle personages hebben twijfels en gebreken. Zelfs Rama, die meermaals wordt geplaagd door de innerlijke worsteling tussen plicht en gevoel. Ook demonenheer Ravana is niet puur slecht. En Hanuman wist mij door Bankers onnavolgbare stijl meteen in het hart te raken.
Je zou deze Ramayana-reeks alleen kunnen lezen als briljant neergepende fantasy, maar het is als hervertelling van het zo'n 3000 jaar oude poëtische epos - dat niet alleen behoort tot de wereldliteratuur maar ook een belangwekkende plaats inneemt in religies als het hindoeïsme - tevens een brok Oosterse cultuur.

21 augustus 2006

1001 boeken

Naast 2 boeken over wereldsteden (Los Angeles & Mumbai) heb ik nu ook nog een opdracht liggen voor een deelvertaling van 1001 Books (die je gelezen moet hebben voordat je doodgaat, aldus de volledige titel). Nederlandstalige boeken horen daar toch ook bij: Een vlucht regenwulpen, Terug naar Oegstgeest, Max Havelaar, Het verdriet van België, De ontdekking van de hemel (zucht, ja, wat mij betreft het meest overschatte boek uit de Nederlandse literatuur) en Gimmick van Joost Zwagerman. Gimmick vind ik een opmerkelijke titel. Een mooie opsteker voor Zwagerman dat de Engelse samenstellers vinden dat wij niet kunnen sterven zonder Gimmick gelezen te hebben. En ik heb 'm - nu tot mijn schande! - nog steeds niet gelezen. Helaas kan ik Reve niet terugvinden in het register. Net zomin als W.F. Hermans.

18 augustus 2006

Sunrise


Het gezaghebbende Franse filmtijdschrift Cahiers du cinéma noemde Sunrise uit 1927 'het allergrootste meesterwerk in de filmgeschiedenis'. Of dat zo is, durf ik niet te zeggen, maar dat regisseur F.W. Murnau een meesterwerk heeft afgeleverd is wel duidelijk. Hij werd door Fox uitgenodigd naar de VS te komen om een film te draaien waarbij hij volledige artistieke vrijheid kreeg.
En waar komt Murnau dan mee? Een groots miljoenen verslindend spektakel? Nee. Hij komt met één man en één vrouw, respectievelijk gespeeld door George O'Brien en Janet Gaynor, in een plattelandsdorpje wier huwelijk in een sleur is geraakt. De man laat zich het hoofd op hol brengen door een hedonistische vakantiegangster uit de stad, met wie hij een vurige liefdesaffaire begint, en zij haalt hem over zijn echtgenote te verdrinken zodat de twee samen een nieuw leven kunnen beginnen in de grote stad. Tijdens het boottochtje waarbij de moord moet plaatsgrijpen komt de man echter tot inkeer en volgt een herbevestiging van de liefde tussen twee van elkaar vervreemd geraakte mensen.
Murnau maakt subliem gebruik van de visuele middelen die hem indertijd ter beschikking stonden. Sunrise bevat misschien wel het dramatisch mooiste gebruik van achtergrondprojectie dat ik tot nu heb gezien, om niet te spreken van de dubbelopnamen die krachtig de gemoedstoestand van de personages aanschouwelijk maken. Zoals de intense, en terecht beroemd geworden, scène waarin de man liggend op bed wordt overspoeld door rimpelend water waarin zijn innerlijk verdrinkt bij de gedachte zijn vrouw te moeten doden. Het water keert terug in het slot van Sunrise en lijkt alsnog die verdrinkingsdood te voltrekken als er een storm losbarst terwijl de man en vrouw in hun bootje terugkeren van een dagje in de stad, maar de uitkomst van dat karmische natuurgeweld ga ik hier niet verklappen.
O'Brien speelt de man in het begin van de film met een dreigende Nosferatu/Golemachtige motoriek (naar verluidt stopte Murnau zo veel lood in O'Briens schoenen dat die niet anders kon dan zich zo voortbewegen), maar zodra de betovering van de stadse femme fatale wordt verbroken, verdwijnt die onaardse waas rondom het personage en zet O'Brien hem naturel neer. Opnieuw zo'n geniaal foefje van Murnau dat je bij de eerste kijkbeurt wellicht ontgaat, maar het is iets wat subliminaal doorwerkt in de gevoelscyclus binnen de vertelling.
Als je Sunrise het nu soms melodramatisch aandoende acteerwerk kunt vergeven, zie je een wonderschoon meesterwerk dat het tijdperk van de stomme film afsloot, want zo'n week na de première van Sunrise stond Al Jolson in bioscopen al 'Mammy' te zingen op het witte doek. Is Sunrise het allergrootste meesterwerk in de filmgeschiedenis? Van mij mag het. Er duiken in beste-aller-tijden-lijstjes regelmatig films op die minder aanspraak maken op die titel.

17 augustus 2006

Mooie Leugens (2)

De vertaling van Lisa Ungers debuutthriller ligt vanaf vandaag in de boekhandel. Hoera! Dit is mijn eerste vertaling die zelfs een heuse website heeft opgeleverd: www.mooieleugens.nl Een positieve recensie op Crimezone (4 sterren!) en een positieve op nu.nl (al vindt de recensente het boek een beetje té vrouwelijk, en daar valt misschien iets voor te zeggen hoewel ik die vrouwelijkheid en de persoonlijke toon van Ungers debuut juist een pluspunt vind).

13 augustus 2006

Bèl, bèl!


Vandaag voor mijn 37ste verjaardag het Woordenboek der Zeeuwse Dialecten cadeau gekregen. Van de A (a'cheel nie!) via de N (neukedeunen), P (peekluts) en de S (spiekerwaeter) naar de Z (zuupdeunat). Zo'n boek waar je urenlang in kan rondneuzen. Lae me noe mà sobbedoppe.

12 augustus 2006

The Machinist

Nog snel iets over de thriller The Machinist die ik gisteren heb gezien. Gaat over een man die al een jaar niet heeft kunnen slapen en inmiddels moeite heeft gekregen realiteit en hallucinatie uit elkaar te houden. Hij is ook graatmager geworden. De machinebankwerker veroorzaakt door die wazige toestand een ongeval op zijn werk waarbij een collega een arm verliest en daarna ontspint zich een Hitchcockiaans plot waarbij niet duidelijk is of de hoofdpersoon is doorgedraaid of enkele collega's wraak op hem willen nemen omdat hij dat ongeval heeft veroorzaakt. Mooie film met kille kleurtonen en een tour de force voor acteur Christian Bale die zich vrijwel uithongerde voor deze rol. Dergelijke method acting doet me altijd denken aan de anekdote over Laurence Olivier die bij het zien van de vreemde capriolen van zo'n method actor droog tegen hem opmerkte: 'Heb je ooit overwogen het te acteren?' Al moet gezegd dat het luciferstoklichaam van Bale visueel bijdraagt aan het gevoel van het personage geen deel meer uit te maken van de wereld om hem heen.

P.S. Ali wees mij er terecht op dat Christian Bale hierin de hoofdrol speelt en niet Christian Slater zoals ik met mijn ziftgeheugen eerst had neergetikt. Heb het in de tekst toch maar ff veranderd, anders staat dat zo slordig. :)

Bellissima


Vanavond Luchino Visconti's vroege meesterwerkje Bellissima uit 1951 bekeken. Prachtige film over een moeder die, in de traditie van het Italiaans neo-realisme, strijdt tegen de armoede en met bijverdiensten als prikzuster haar gezinnetje een iets beter bestaan probeert te geven. Als er bij filmstudio Cinecitta audities worden gehouden voor de rol van een meisje in een speelfilm laat ze haar dochtertje meedoen en raakt verblind door de gouden bergen die de industrie lijkt te beloven. Ze stort zich compleet op de ambitie het dochtertje een glansrijke filmloopbaan te bezorgen en besteedt al haar bijeengeschraapte lires aan acteerles, mooi jurkje, mooi kapsel et cetera voor haar kind. Als bij de screentest blijkt dat de studio het dochtertje niet ziet zitten en het zelfs wordt uitgelachen ('Het lijkt net een dwerg,' luidt een van de commentaren) vallen bij de moeder de schellen van de ogen.
Visconti wilde met Bellissima onder meer een ode brengen aan de actrice Anna Magnani, een icoon uit de Italiaanse cinema, en daarin is hij geslaagd want Magnani is fantastisch als moeder die zich laat meeslepen in de welhaast hysterische draaikolk rondom de schijnwereld van film en bij wie het moederhart breekt en spreekt. Het dochtertje wordt ook onweerstaanbaar neergezet door Tina Apicella (in haar enige filmrol).
Een humoristische en uiteindelijk ontroerende rolprent over ware schoonheid. Niet de kunstmatige en oppervlakkige schoonheid van het beeld (dat hier in de vorm van de filmindustrie met zichtbaar satirisch genoegen door Visconti als een charlatanwereld door de mangel wordt gehaald), maar de schoonheid in de ogen van het liefdevolle hart dat kijkt naar het eigen kind. Dat mag dan stotteren, geen balletpasjes in haar stugge beentjes krijgen en zeer alledaags ogen, maar ze blijft voor een moeder het allermooiste in de wereld. Ongeacht de idealen die in de buitenwereld worden gepromoot.